Batavierenweg 25
6841 HN
Arnhem
www.vitesse.nl
Batavierenweg 25
6841 HN
Arnhem
www.vitesse.nl
Vitesse Arnhem, officieel SBV Vitesse, is een Nederlandse betaaldvoetbalclub uit de Gelderse hoofdstad Arnhem, die in het jaar 1892 werd opgericht onder de naam Arnhemse Cricket- en Voetbalclub Vitesse. Daarmee is de club een van de oudste voetbalclubs van de Nederlandse profclubs in de Eredivisie.
In de UEFA-ranglijst voor beste clubs van Europa staat Vitesse op 11 mei 2017 op de 170ste plaats met 9.212 punten. Sinds 22 oktober 2013 is de Russische ondernemer Aleksandr Tsjigirinski eigenaar van de club. Net als tussen 1990 en 2002 hoort de club sinds 2011 opnieuw bij de (sub)top van Nederland. In het seizoen 2016/2017 won Vitesse zijn eerste grote prijs, de KNVB Beker.
Geschiedenis
Vitesse werd op 14 mei 1892 opgericht als cricketclub. Op 10 september 1892 besloot het bestuur om naast cricket ook voetbal te gaan spelen. Twee jaar lang speelde Vitesse alleen vriendschappelijke wedstrijden, totdat in 1894 de Gelderse competitie van de Nederlandse Voetbal Bond (NVB) van start ging. In 1895 en 1896 werd Vitesse kampioen van de Gelderse competitie en promoveerde naar de eerste klasse Oost die in het leven werd geroepen. Vitesse werd in 1897, 1898, 1903, 1913, 1914 en 1915 kampioen van deze klasse, daarmee plaatsten ze zich voor de kampioenscompetitie. Het resulteerde nooit in het kampioenschap en men moest genoegen nemen met 6 tweede plaatsen. In deze periode had Vitesse de beschikking over topspelers die ook actief waren in het Nederlands elftal, onder andere Willem Hesselink en Just Göbel. In 1914 werd Sutcliffe de eerste buitenlandse trainer.
Op 31 mei 1914 was Vitesse tot op de dag van vandaag het dichtst bij een kampioenschap van Nederland geweest. Vitesse streed in de kampioenscompetitie met Willem II en HVV om de prestigieuze titel. Na 3 van de 4 wedstrijden ging Vitesse met 6 punten aan de leiding, de beslissende wedstrijd werd de uitwedstrijd in Den Haag tegen de nummer twee HVV, dat aan een kleine zege genoeg had voor het kampioenschap. 2000 meegereisde Vitesse-supporters zagen hun club in de eerste helft op voorsprong komen door Willem Hesselink. In de tweede helft bracht Guus de Serière de spanning terug in de wedstrijd door een gelijkmaker te produceren. Bij deze gelijke stand mocht Lex Staal even later een strafschop nemen, de aanvoerder van Vitesse faalde echter door de bal over de lat te schieten. De 1-1 stand hield lang aan, waardoor een kampioenschap steeds dichterbij kwam voor de Arnhemmers. Dezelfde Guus de Serière gooide echter roet in het eten door slechts één minuut voor het laatste fluitsignaal uit een rebound de beslissende treffer te maken voor HVV.
Door de Eerste Wereldoorlog zag de NVB geen mogelijkheid om een normale competitie te organiseren; in plaats van in klassen werden de clubs in het seizoen 1914/1915 door nood ingedeeld in groepen. Vitesse was zoals alle Oostelijke clubs ingedeeld in groep A. Door gebrek aan concurrentie sloot Vitesse met gemak de groep winnend af, waarna het voor het Nederlands kampioenschap twee wedstrijden tegen Sparta, de winnaar van groep B, mocht spelen. Na een 2-1 zege in Arnhem volgde een 1-4 nederlaag in Rotterdam; een beslissingswedstrijd was noodzakelijk. Sparta won op 6 juni 1915 op Amsterdams terrein overtuigend met 3-0, waardoor Vitesse wederom een kampioenschap misliep.
Na het seizoen 1914/1915 kende Vitesse een terugval, er werd 5 seizoenen lang tegen degradatie gestreden. Ondanks een opleving in het seizoen 1920/1921, waarin een vierde plaats werd behaald, gebeurde op 30 april 1922 het onvermijdelijke: Vitesse degradeerde na 25 jaar verblijf uit de eerste klasse.
1922 - 1954 Wisselend succes
Vitesse hoefde niet lang te wachten op een rentree in de eerste klasse, na het kampioenschap van de Tweede Divisie B won Vitesse ook haar beiden promotiewedstrijden tegen Rigtersbleek, de kampioen van de tweede klasse C. Onder de Engelse trainer Robert William Jefferson presteerde Vitesse tussen 1924 en 1927 goed met een achtereenvolgens 3e, 4e en 5e eindranking in de eerste klasse en in 1927 haalde Vitesse zelfs de bekerfinale, die zij echter met 1-3 verloor van VUC. Jeffersons vertrek voor aanvang van het seizoen 1927/1928 kwamen de resultaten niet ten goede. Vitesse bivakkeerde de seizoenen erna weer in de onderste regionen van de competitie, waar het in het seizoen 1930/1931 zelfs ternauwernood ontsnapte aan degradatie. Aan de hand van de Duitse trainer Heinrich Schwarz krabbelde Vitesse weer langzaam omhoog. De coach gaf veel jeugdige spelers een kans die later uitgroeiden tot voor Vitesse belangrijke spelers, zoals Kees Meeuwsen, Jan Dommering en Johan Ricken. In het seizoen 1932/1933 eindigde Vitesse 3e en ook het daaropvolgende seizoen werd met de 5e plaats een prima resultaat behaald. In 1935 ging het echter weer mis; Vitesse degradeerde na een dramatisch seizoen, mede door het overlijden van speler Piet Tonneman, naar de tweede klasse.
In de jaren daarop maakte Vitesse door onder andere de Tweede Wereldoorlog een sportief mindere periode mee die tot 1946 zou duren. Het lukte Vitesse maar niet om te promoveren. Vier keer eindigde de club als tweede (1936, 1937, 1939 en 1942), twee keer als derde (1938 en 1940) en in 1941 en 1944 wist Vitesse na het kampioenschap haar promotiewedstrijden niet te winnen. Pas in het seizoen 1945/1946, het jaar na de bevrijding, werd Vitesse kampioen van de Tweede Divisie om vervolgens ook de promotie-competitie winnend af te sluiten. Na een degradatie in 1948 en een promotie in 1950 deden de jonge spelers van Vitesse goed mee in de Eerste Klasse. In deze periode behaalden Sjaak Alberts en Wim Hendriks het Nederlands Elftal. In het seizoen 1952/1953 pakte Vitesse zelfs de titel in de Eerste Klasse B. In de wedstrijden die er op volgden voor het kampioenschap kwamen de spelers van trainer Jan Zonnenberg echter wat te kort.
1954 - 1984 Eerste decennia betaald voetbal
Doordat de KNVB wilde vasthouden aan het amateurisme vertrokken veel spelers uit de Eerste Klasse naar het buitenland, aangezien het verder in Europa allang was toegestaan om spelers te betalen. Ook vertrokken er veel spelers naar de nieuw opgerichte Nederlandse Beroeps Voetbal Bond (NBVB), die in de zomer van 1954 een eigen competitie begonnen. Dit was ook het geval bij Vitesse, er vertrokken 7 spelers naar De Graafschap die toen voor de NBVB uitkwamen. Deze leegloop van spelers van de vaderlandse competitie had als gevolg dat het niveau schrikbarend daalde. Hierdoor kon de KNVB niet anders dan ook betalingen toe te staan. Op 27 augustus 1954 besloot het bestuur van Vitesse betaald voetbal te gaan spelen. Deze periode was voor Vitesse geen makkelijke periode. Trainer Joseph Grüber sleepte de club door deze moeilijke periode heen. Deelname aan de hoofdklasse in het seizoen 1955/1956 was een mooi resultaat.
Op 2 september 1956 werden de Eredivisie en de Eerste divisie in het leven geroepen. De eindstand bepaalde dat Vitesse in de Eerste divisie mocht uitkomen. In het seizoen 1959/1960 was de deelname aan de promotiewedstrijden het hoogtepunt. In 1962 werd Vitesse terug gezet naar de Tweede Divisie omdat men met één Eerste Divisie wilde gaan spelen in plaats van twee. Na de terugkeer van trainer Grüber in 1964 ging het sportief weer beter. In 1966 werd het kampioenschap van de Tweede Divisie behaald en volgde er promotie naar de Eerste divisie. Door een gelukkig toeval promoveerde Vitesse zelfs in 1971 naar de Eredivisie. Vitesse profiteerde van het feit dat ADO en Holland Sport fuseerden tot FC Den Haag, waardoor er een plek vrijkwam in de Eredivisie. Het verblijf duurde echter slechtst één jaar: Vitesse eindigde op de 18e en tevens laatste plek door maar 17 punten te halen, evenveel als de nummer 17 FC Volendam, wiens doelsaldo echter beter dan dat van Vitesse was.
Diverse keren nam Vitesse deel aan de nacompetitie, maar promotie zat er niet in. In 1977 werd onder leiding van trainer Henk Wullems en mede dankzij spelers zoals Herman Veenendaal, Henk Bosveld, Bosco Bursac en Peter Boeve het kampioenschap van de Eerste divisie behaald. Drie seizoenen verbleef Vitesse in de Eredivisie tussen half 1977 en half 1980, waarna het in 1980 degradeerde naar de Eerste divisie.
1984 - 2000 De opmars
In 1984 werd de vereniging onder de leiding van voorzitter Karel Aalbers opgedeeld in separate eenheden voor amateursport en betaald voetbal. Zo ontstond op 15 juni 1984 Stichting Betaald Voetbal Vitesse voor de professionals, en de vereniging Vitesse 1892 voor de amateurs. De nieuwe betaald voetbal stichting had een moeilijke start. Het seizoen 1984/1985 was financieel en sportief één van de moeilijkste uit de geschiedenis. Daarna herstelde Vitesse zich. In de seizoenen 1985/1986 en 1987/1988 bereikte Vitesse de nacompetitie, maar promotie zat er nog niet in. Onder het bewind van trainer Bert Jacobs behaalde Vitesse grote successen. In het seizoen 1988/1989 werd Vitesse kampioen van de Eerste Divisie en was promotie naar de Eredivisie een feit.
Met spelers als Rick Hilgers, Bart Latuheru, Hans van Arum en Theo Bos bereikte men het seizoen daarop als promovendus de bekerfinale, waarin het verloor van PSV, en werd de vierde plaats behaald in de Eredivisie, waardoor Vitesse in het seizoen 1990/1991 voor het eerst UEFA-Cup voetbal mocht spelen. Daarna bleven de resultaten prima, met als hoogtepunt het seizoen 1997/1998: Vitesse eindigde met een recordaantal van 70 punten op de derde plaats en spits Nikos Machlas won door zijn 34 doelpunten de Gouden Schoen.
Tot en met seizoen het 2001/2002 eindigde Vitesse altijd bij de eerste zes en werd er negen maal deelgenomen aan het UEFA-Cup toernooi, waarin Vitesse memorabele wedstrijden heeft gespeeld tegen onder andere Real Madrid, Internazionale en Werder Bremen. Trainers van naam werden naar Arnhem gehaald zoals Herbert Neumann, Leo Beenhakker en Artur Jorge. Er werden diverse spelers uitgenodigd voor het Nederlands Elftal en op 25 maart 1998 speelde Vitesse haar eerste officiële wedstrijd in GelreDome.
2000 - 2010 FC Hollywood aan de Rijn
Na het seizoen 2000/2001 kwam er een einde aan een fantastische periode voor Vitesse, zowel sportief als financieel. Op 15 februari 2000 werd voorzitter Aalbers afgezet wegens vermoedelijke fraude. Na zijn vertrek rezen de schulden tot grote hoogte, tijdens het bewind van Aalbers waren deze schulden (tegenvallende transferinkomsten, bouw van duur stadion) nog niet aan het licht gekomen. Mede door de hulp van de gemeente Arnhem en de provincie Gelderland werd Vitesse gered van een faillissement en werd een licentie voor betaald voetbal ternauwernood behouden. De financiële perikelen kwamen de resultaten op het veld niet ten goede: Vitesse streed in twee cruciale jaren (2002/2003 en 2003/2004) tegen degradatie, wat wel eens funest kon zijn voor de club.
Sportief kwam Vitesse de seizoenen erna in een rustiger vaarwater, financieel echter nog niet. Op 3 maart 2008 besloot de leiding van de Arnhemse club om surseance van betaling aan te vragen bij de rechtbank in Arnhem. Vitesse voelde zich genoodzaakt om dit te doen, nadat de gemeente Arnhem weigerden vrijwillig deel te nemen aan een crediteurenakkoord en Vitesse zonder de sanering van de schuld van 27 miljoen vreesde voor haar voortbestaan. Uiteindelijk ging de gemeente op 17 maart tóch overstag met 23 stemmen voor en 15 tegen. Doordat de andere 61 crediteuren al ingestemd hadden kon Vitesse middels een crediteurenakkoord een schuld van 27 miljoen saneren.
Vitesse wilde na de deal met de schuldeisers een nieuwe start maken en een einde maken aan deze rumoerige periode waarin Vitesse ook wel gekscherend FC Hollywood aan de Rijn genoemd werd. Dit was ook een van de redenen waarom Vitesse voor het seizoen 2008/2009 Aad de Mos verving voor de meer rustige en minder opvallende trainer Hans Westerhof. Ondanks de hoge verwachtingen van zowel de beleidsbepalers als de supporters liep deze periode uit op een deceptie. Na een half seizoen stond Vitesse onder Westerhof met slechts 15 punten in de onderste regionen van de Eredivisie. Op 30 december 2008 besloot de clubleiding in te grijpen door trainer Hans Westerhof te ontslaan, mede door een meningsverschil over hoe het tij te keren tussen Westerhof en de clubleiding. Op 3 januari 2009 kwam naar buiten dat oud-speler en -aanvoerder Theo Bos per direct was aangesteld als hoofdtrainer van de club.
In november 2008 verkreeg Maasbert Schouten, destijds eigenaar van Vitesse-sponsor AFAB, 20% van de aandelen van Vitesse. Nadat Vitesse een lening van Schouten medio 2009 niet kon terugbetalen, kwam Schouten feitelijk in het bezit van alle aandelen Vitesse; de overdracht van deze laatste aandelen werd pas in het derde kwart van 2010 geëffectueerd én wereldkundig.
2010 - 2012: In buitenlandse handen
Op 16 augustus 2010 maakte de club bekend dat de Georgische ondernemer Merab Zjordania 100 procent aandeelhouder wordt van Vitesse. Het zogenaamde gouden aandeel blijft uit handen van de Georgiër, om zo de identiteit (waaronder naamgeving, clubkleuren en vestigingsplaats) van Vitesse te waarborgen. In een interview verklaart Zjordania dat hij kan rekenen op de financiële steun van miljardair Aleksandr Tsjigirinski. De nieuwe eigenaar wil binnen drie jaar met de Arnhemse club meespelen om het landskampioenschap, aangeduid als Project 2013. Voor dit project zal niet alleen in het eerste elftal worden geïnvesteerd, maar ook in de trainingsaccommodatie. Na het seizoen 2010/'11 wordt de doelstelling om mee te spelen in de top van de Eredivisie bijgesteld tot het jaar 2014. Inmiddels is de bouw van het nieuwe trainingscomplex begonnen en men verwacht in december 2012 klaar te zijn met de bouw.
Op 21 oktober 2010 ontsloeg Vitesse diens trainer Theo Bos, vanwege de magere resultaten en een teleurstellende 16e plaats. Op 27 oktober 2010 wordt naar buiten gebracht dat de Spaanse ex-FC Barcelona-speler Albert Ferrer de nieuwe hoofdtrainer is, daarnaast worden Stanley Menzo en de Spanjaard Albert Capellas als assistent-trainers aangesteld; Raimond van der Gouw blijft keepers-trainer. Het contract van Ferrer wordt aan het einde van het seizoen niet verlengd. Op 30 juni 2011 tekent John van den Brom een contract dat hem tot juni 2013 aan Vitesse zou verbinden. Door de Play-offs in mei 2012 winnend af te sluiten werd er Europees voetbal afgedwongen; de club keert terug op het Europese podium na een afwezigheid van 10 jaar. Op 30 mei 2012 vertrekt Van den Brom per direct naar RSC Anderlecht.
2016 - heden: 125 jaar Vitesse
Met een harde sanering en stijging van inkomsten probeert Vitesse de enorme verliezen van de voorgaande jaren weg te poetsen. De club wordt financieel steeds gezonder en geeft structuur in het gevoerde financiële beleid. Vitesse kreeg de afgelopen jaren de nodige financiële steun van Tsjigirinski, maar kan steeds meer zijn eigen broek ophouden.
Op 14 mei 2017 viert Vitesse haar 125-jarig jubileum in een thuiswedstrijd tegen Roda JC. Tevens wist Vitesse zich na 27 jaar weer te plaatsen voor de finale van de KNVB Beker. Daarin troffen zij AZ op 30 april 2017 in De Kuip te Rotterdam. Vitesse won de finale met 2-0, door twee doelpunten van Ricky van Wolfswinkel. Door dit resultaat won de club voor het eerst in hun 125-jarig bestaan de KNVB beker en verkreeg Vitesse met de bekerwinst een ticket voor de groepsfase van de UEFA Europa League. Een dag na de finale maakte de selectie een rondrit door de stad, om vervolgens op De Grote Markt te worden gehuldigd door 20.000 Arnhemmers. Tevens werd Vitesse tijdens het Gelders Sportgala verkozen tot de beste Gelderse sportploeg van 2017. Door de bekerwinst speelde de club ook de wedstrijd om de Johan Cruijff Schaal tegen Landskampioen Feyenoord in de Kuip op 5 augustus 2017. Na 90 minuten, met een stand van 1-1, verloor Vitesse uiteindelijk de Johan Cruijff Schaal na een strafschoppenserie (4-2). Daarin misten Matav en Milot Rashica de eerste twee namens Vitesse.
In september 2017 beleefde Vitesse een week van uitersten. Na het sterke optreden tegen S.S. Lazio in de Europa League, blameerde de bekerhouder zich in de eerste ronde van het bekertoernooi. De Arnhemse ploeg werd na een beslissende strafschoppenserie (5-3) uitgeschakeld door de amateurs van AVV Swift, de nummer negen uit de Hoofdklasse A. Het is voor het eerst in de geschiedenis dat een bekerhouder in de eerste ronde wordt uitgeschakeld door een amateurvereniging. Vier dagen na het debacle wist Vitesse verrassend Ajax met 1-2 te verschalken. In de Europa League werd al snel duidelijk dat de kloof met de rest van Europa te groot was voor Vitesse. Na drie nederlagen en twee gelijke spelen, sloot Vitesse het Europees avontuur winnend af tegen OGC Nice. Voor het seizoen 2018/2019 werd de internationale trainer Leonid Slutsky aangesteld als eindverantwoordelijke. De voormalig bondscoach van Rusland moet met de club proberen definitief aan te haken bij de top 4.
Vitesse in het bekertoernooi
Vitesse heeft zich sinds het eerste Nederlandse bekertoernooi in 1899 drie keer weten te plaatsen voor de finale; elk van de drie wedstrijden ging verloren.
De eerste finale werd op 26 mei 1912 gespeeld tegen Haarlem te Amsterdam. Haarlem trok aan het langste eind door met 2-0 te overwinnen. In het seizoen 1926/1927 haalde Vitesse onverwachts voor de tweede keer de eindstrijd. De finale ging wederom verloren; VUC was met 1-3 te sterk, op het terrein van Eendracht in Arnhem, waarbij Vitesse-speler Jan de Natris bij een 1-1 stand een penalty miste. De tot op het heden laatste keer dat Vitesse de finale wist te behalen was in het seizoen 1989/1990. Op 25 april 1990 in De Kuip verloor Vitesse met 1-0 van PSV, mede omdat PSV-keeper Hans van Breukelen in de blessuretijd van de wedstrijd een penalty wist te keren van John van den Brom.
GelreDome
Het huidige stadion waarin Vitesse haar thuiswedstrijden in speelt, heet GelreDome. Het beschikt tegenwoordig over 25.000 zitplaatsen (waarvan 100 rolstoelplaatsen) en heeft een status van 4 UEFA sterren, dat wil zeggen dat er UEFA-Cup finales in gespeeld mogen worden. GelreDome is onder andere gastheer geweest van 3 wedstrijden van het EK 2000. Het stadion heeft een uitschuifbare grasmat, die als er niet wordt gevoetbald naar buiten wordt geschoven, zodat het gras in optimale staat blijft. Ook zit er een dak op het stadion dat dicht gaat bij slecht weer. Er zijn 49 skyboxen waar 12 mensen per skybox kunnen zitten. Het Home of History biedt een kijkje in het inmiddels lange verleden van de club.
Op 25 maart 1998 speelde Vitesse, na een spectaculaire openingsceremonie, voor 26.600 toeschouwers haar eerste competitiewedstrijd tegen NAC Breda. Al na 4 minuten en 45 seconden maakte de Servische spits Dejan ?urovi? het allereerste doelpunt in GelreDome. Vitesse won deze eerste wedstrijd uiteindelijk met 4-1. Hierop volgde een ongeslagen reeks in het thuisstadion van maar liefst 18 wedstrijden. Het was Fortuna Sittard die op 6 maart 1999 met een 1-2 zege een einde maakte aan Vitesse's ongeslagen status in GelreDome.
Trainingscomplex Papendal
Papendal is de trainingslocatie van Vitesse en tevens de wedstrijdlocatie van de jeugdteams van deze voetbalclub. Het Nederlandse Nationaal Sport Centrum Papendal ligt in de Veluwse bossen in Arnhem.NOC*NSF is eigenaar van Nationaal Sportcentrum Papendal en heeft hier het kantoor gevestigd. Papendal is een centrum voor Topsport en Onderwijs met een eigen sporthotel waar topsporters wonen en overnachten. Naast de vele topsporters die regelmatig trainen op de velden, banen en indoorfaciliteiten, wordt het terrein regelmatig bezocht door recreanten en amateursporters .
Het leek er op dat Vitesse nog wel even kon wachten op het nieuwe trainingscomplex op Papendal. Toch heeft de club van de gemeente een gedoogvergunning gekregen, waardoor de bouw van het nieuwe complex al in januari 2012 van start gaat. Het vervangt de huidige, sterk verouderde accommodatie de slenk. Volgens de algemeen directeur van Vitesse is een nieuw complex van levensbelang voor het leveren van een topprestatie in de eredivisie. Afgelopen zomer zijn twee trainingsvelden al vervangen en voorbereid op veldverwarming. Bij de bouw van het nieuwe complex wordt ook een nieuw kunstgrasveld aangelegd. Daarnaast krijgt Vitesse een nieuw gebouw van vier verdiepingen, deels onder de grond, met diverse faciliteiten. Er komt ook een tribune met vijfhonderd zitplaatsen voor (jeugd)wedstrijden.
Clublied
Het clublied van Vitesse is Geel en Zwart zijn onze kleuren, geschreven en ingezongen door Emile Hartkamp.
Als de velden goed zijn en de bal die rolt. Gaan wij er met z'n allen tegenaan. Dan komt de echte club er aan. Die laat ons niet in 't hempie staan. Wij zijn dan als Vites niet te verslaan
refrein :
Geel en Zwart zijn onze kleuren. Daar kan je echt niets mee gebeuren. In onze stad al aan de rijn. Daar moet je echt Vitessenaar zijn. Want dat is toch zo fijn.
Geef elkaar nu allemaal maar eens de hand. Met voetballen wil niemand trammelant. Leut en pret dat is zo fijn. En om Vitessenaar te zijn. Ja daarvoor moet je bij ons cluppie zijn.
refrein (2x)
In al die jaren zijn er nog meer liedjes geschreven onder ander:
Vitesse Vitesse.
Wij sin de jungens ut' Ernhem.
Bouw mee aan een steengoed vites.
Aje Ajo.
De Droom ( Speciaal voor de opening van het Gelredome geschreven.)
Daar zijn de Boys in geel en zwart.
Status Quo - What Ever You Want
Logo
Het eerste logo van Vitesse was een schildvormig figuur. In het midden lag een diagonale scheidingslijn tussen het linker gele vlak en het rechter zwarte vak. In het linker vak stond diagonaal avc Vitesse geschreven en in het rechter vlak 1892, het oprichtingsjaar van de club. Het oude logo werd vervangen voor het huidige logo in 1984, het jaar waarin de wegen van de BVO-tak en de amateur-tak zich scheidden. De amateur-tak heeft bijna exact hetzelfde logo gehouden.
Het huidige logo is wederom een schildvormig figuur, deze heeft echter rechte lijnen aan zowel de bovenkant als aan de zijkanten van het logo. Bovenin staat met dikke witte hoofdletters Vitesse. Onder de naam staan twee arenden gespiegeld naast elkaar, waardoor de lichamen in elkaar overlopen. Ook de kleuren zijn gespiegeld, wat geel links is zwart rechts; en andersom. De arenden zijn ook terug te vinden in het stadswapen van Arnhem. In het midden van het logo is een voetbal gepositioneerd.
Tenue en clubkleuren
Van het seizoen 1894/1895 tot en met het seizoen 1899/1900 speelde Vitesse in een wit tenue met een diagonale blauwe baan, refererend naar de stadskleuren van Arnhem. De spelers die niet met een blauw-wit tenue kwamen opdagen, werden door de club een boete van 50 cent opgelegd. Op 27 augustus 1900 werd in de bestuursvergadering besloten de clubkleuren te wijzigen in geel en zwart. Toenmalig voorzitter Chris Engelberts stelde deze wijziging voor met als argument dat Vitesse zich bij de beste clubs van Gelderland mocht scharen en zij in de Gelderse hoofdstad gevestigd was, waardoor zij ook het recht zou hebben om de kleuren van Gelderland te mogen dragen. Na dit voorstel werd besloten om voortaan te gaan spelen in shirts met zes geelzwarte blokken. In 1907 werd dit shirt vervangen voor het huidige geelzwarte shirt met geelzwarte banen, nadat Vitesse deze kreeg geschonken van een donateur.
Mascotte
Vito
Op 1 augustus 1999, tijdens de Open Dag van Vitesse, is de Vitesse Kids Club voor het eerst officieel van start gegaan. De Kids Club bleek een groot succes: binnen twee maanden tijd bestond zij al uit meer dan 5500 leden. De Kids Club is bedoeld voor kinderen in de leeftijdscategorie 0-14 en organiseert activiteiten (zoals rondleidingen, persconferenties met de spelers en prijsvragen) die alleen bedoeld zijn voor de leden. Daarbij mogen iedere thuiswedstrijd andere leden hand in hand met een speler uit het eerste het veld oplopen. De mascotte van de Kids Club is Vito, een witte arend met een Vitesse-shirtje en -petje. Vito is naast zijn activiteiten bij de Kids Club ook bij iedere thuiswedstrijd van Vitesse aanwezig als extra steun. In 2005 werd Vito door de lezers van de Voetbal International en de VI for Kids en de bezoekers van de website VI.nl verkozen tot Mascotte van het Jaar, Vito was daarmee de allereerste mascotte die deze prijs in de wacht sleepte.
Hertog
Op 28 augustus 2008 maakte Vitesse bekend dat zij vanaf het nieuwe seizoen een nieuwe mascotte kon verwelkomen in de vorm van een Afrikaanse vechtarend. In navolging van bijvoorbeeld Benfica wordt de arend voor iedere thuiswedstrijd in GelreDome even losgelaten, om na een paar rondjes weer terug te keren naar zijn trainer. De arend bezit veel symboliek. Zo werd hij gehaald als een kuiken en ziet men de groei die de jonge arend zal gaan doormaken ook voor ogen bij Vitesse. De kracht en sterkte van de later imposante vogel moet synoniem staan voor de kracht en sterkte van het elftal op het veld. Vitesse heeft van nature al een link met de arend, deze vogel staat immers zowel in het stadswapen van Arnhem als in het logo van Vitesse. Op 29 augustus 2008 werd de arend voor het eerst gepresenteerd aan het publiek, de vogel kon door zijn jonge leeftijd nog niet vliegen.
Supporters konden via de website van Vitesse stemmen op een naam voor de arend. Men kon kiezen uit de volgende namen: Ares, Aro, Hertog, Karel, Victar en Victorio. Voor aanvang van de wedstrijd tegen Sparta Rotterdam op 20 september 2008 werd bekendgemaakt dat de vogel de naam Hertog zal gaan dragen, afgeleid van de vroegere Hertog van Gelre en de personificatie van kracht. Vitesse kon echter maar kortstondig genieten van het nieuwe boegbeeld; Hertog overleed op 7 oktober 2009 door aspergillose, een schimmelinfectie bij roofvogels.
Op 31 januari 2010 werd de opvolger van Hertog aan het publiek gepresenteerd, genaamd Hertog II. Hertog II is een Noordelijke Amerikaanse zeearend, een wijfje met een bruin jeugdverenkleed; rond het 6e levensjaar zal de Hertog zijn volwassen zwart met witte verenkleed krijgen.
Airborne
Jaarlijks, in of rond de periode van 17 tot 25 september, staat één van de thuiswedstrijden van Vitesse in het teken van de Airborne-herdenking van de Slag om Arnhem uit 1944. De Vitesse-supporters en de club eren de Veteranen, waarbij de oud-strijders worden uitgenodigd om de wedstrijd bij te wonen. Voorafgaand aan het duel worden sfeeracties georganiseerd met doeken en vlaggen en in de rust treden doedelzakspelers, zoals de traditie inmiddels is. De spelers van Vitesse spelen ook met een speciaal shirt tijdens de wedstrijd, met een Airborne-badge waarop een strijder op een paard wordt afgebeeld. In 2012 speelt Vitesse in een shirt met de Airborne-kleuren maroon-rood en blauw in plaats van de gebruikelijke gele en zwarte strepen, met naast de Airborne-badge op de borst, op de rug de tekst "No Bridge Too Far" refererend aan een uitspraak van Luitenant-generaal Frederick Browning en tevens boek en film A Bridge Too Far over de Slag.
Rivalen
Vitesse's aartsrivaal is NEC uit Nijmegen. Sommige Vitesse-supporters spreken niet over NEC maar over ODW wat staat voor Over De Waal. Ook NEK is een veelgebruikte verbastering, uitgesproken zoals je het schrijft, in tegenstelling tot wat de Nijmegenaren zelf doen: N.E.C. De wedstrijden tussen deze clubs worden dan ook de derby van het oosten genoemd, maar ook de De Gelderse Derby.
Door de rivaliteit zijn er in het verleden vaak rellen geweest. Deze rellen stammen uit de jaren negentig. Voorheen was louter sprake van animositeit. Na de opkomst van Vitesse onder leiding van Karel Aalbers, die niet naliet te melden dat in de regio slechts plaats was voor één club, sloeg die animositeit om in agressie. Voor de supporters kan een overwinning op de aartsrivaal een slecht seizoen deels nog goedmaken, de beste ploeg van het seizoen verdient dan ook de zogenaamde titel De Nummer 1 van Gelderland. De eerste competitiewedstrijd tussen Vitesse en NEC werd gespeeld op 18 maart 1923 in Nijmegen. Vitesse won die wedstrijd met 1-2 door twee doelpunten van Gerrit Langeler.
Andere rivalen zijn De Graafschap en de traditionele top drie (Ajax, Feyenoord en PSV). Wedstrijden tegen de Graafschap zijn ook altijd beladen omdat dit ook de derby van Gelderland is, deze wedstrijd leeft vooral bij de supporters van de Graafschap.
Jeugdopleiding
Vanaf 1 juli 1984, toen de wegen van de BVO-tak en de amateurtak scheidden, heeft Vitesse een eigen jeugdopleiding gehad. De Vitesse Voetbal Academie bestond tot de jaren negentig uit slechts één jeugdteam, de A1. In begin jaren negentig kwam daar een B-elftal bij, midden jaren negentig volgden de C-junioren en in 2001 werd met de D1 het eerste pupillenelftal gelanceerd. De jeugdopleiding floreerde het meest in de periode eind jaren negentig tot en met het begin van het nieuwe millennium, waarin de opleiding tot één van de beste van Nederland werd gerekend. Verschillende jeugdelftallen wisten de landstitel te bemachtigen, zo ook de A1 in het seizoen 1998/1999. Een logisch gevolg is dat veel jeugdspelers uit de lichting van die periode doorgestroomd zijn naar het profvoetbal.
De voor Vitesse financieel lastige periode die begon in 2000 had ook gevolgen voor de jeugdopleiding. Er werd flink gesneden in de jeugdopleiding wat de prestaties niet ten goede kwam. Op 17 augustus 2005 werd besloten om de handen ineen te slaan met die van AGOVV; sindsdien is de Vitesse/AGOVV Voetbal Academie een feit. Tegenwoordig bestaat de Academie uit 8 jeugdelftallen. Door het opnemen van een C2-elftal, verkreeg de Academie de titel regionaal opleidingscentrum van de KNVB. Hierdoor heeft de KNVB de opleiding met het maximale aantal van vier sterren beoordeeld, hiermee schaart Vitesse zich bij een select groepje van zestien clubs. In het seizoen 2005/2006 degradeerde het vroeger zo ongenaakbare A1-elftal, om echter twee jaar later weer terug te keren naar het hoogste niveau van de junioren. Jong Vitesse (het Beloften-elftal) speelt ook op het hoogste niveau en werkt haar maandagse thuiswedstrijden af op sportpark Walburgen van hoofdklasser De Bataven in Gendt.
Amateurvereninging Vitesse 1892
Arnhemse Voetbal- en Cricketclub (AVC) Vitesse 1892 was een amateurvoetbalvereniging uit Arnhem. De club was gerelateerd aan de betaald voetbalvereniging SBV Vitesse.
De afgelopen jaren heeft Vitesse 1892 bewezen een opleidingsinstituut te zijn voor een aantal talentvolle voetballers. Ruim 20 spelers waren de afgelopen jaren doorgestroomd naar een betaald voetbal organisatie. Voorbeelden hiervan zijn Andy van der Meijde, Theo Bos, Nicky Hofs, Léon Hese en Theo Janssen. In 1984 splitste de proftak zich af en ging verder onder de naam SBV Vitesse.
Op 19 maart 2009 besloot het bestuur vanwege schulden en gebrek aan perspectief te stoppen met de vereniging. De club werd failliet verklaard.
Oud Vitesse
Oud Vitesse is een voetbalteam dat bestaat uit spelers die ouder zijn dan 35 jaar en ooit in het eerste elftal van Vitesse zijn uitgekomen. De vereniging is opgericht op 8 juni 1999. Oud Vitesse, neemt jaarlijks deel aan het inmiddels traditionele Oude Garde toernooi, waar tien betaald voetbal organisaties meedoen met oud-elftal spelers.
De volgende spelers zijn regelmatig in het mooie geel - zwart van Oud Vitesse te bewonderen:
Bert Hendriks, Roberto Straal, Glenn Helder,Theo Bos, Edward Sturing, Ricardo Gil Muinos, Huub Loeffen, Jan Geert Wagenaar, Sjaak Monsma, Hans Willemsen, Martin Laamers, Philip Cocu, Hans van Arum, John vd Brom, Erwin vd Looi, Ron Stoffelen, Peter Bosman, Berry Tijhuis, Peter Held, Arco Jochemsen, Patrick Ax, Patrick Baltus, Bart Latuheru, Ben van Meegen, Chris de Vries, Frans Thijssen en nog vele anderen.
Vitessenaar van de eeuw
Henk Charly Bosveld wordt in december 1999 zowel door De Gelderlander als de Arnhemse Courant verkozen tot Speler van de Eeuw, waarmee hij onder andere de nummer 2 John van den Brom achter zich wist te houden. Helaas kon Bosveld deze eervolle uitverkiezing niet zelf meemaken; op 6 augustus 1998 was Bosveld plotseling overleden aan een hartinfarct. Mede door deze uitverkiezing heeft Bosveld een plaatsje gekregen in het Home of History van Vitesse en is hij de enige Vitesse-speler wiens foto siert op de Oost-promenade in GelreDome.
Op 17 augustus 2008 tijdens de Open Dag van Vitesse werd het boek Vitessenaar van de eeuw gepresenteerd, geschreven door René Bremer en Michel Bongers. Dit eerbetoon aan Bosveld geeft middels 24 interviews een beeld over zijn persoon en tevens roemrijke verleden.
Internationals
Vitesse heeft in de loop der jaren verschillende spelers afgeleverd aan het Nederlands elftal; om precies te zijn: 22 spelers hebben minstens één interland gespeeld terwijl ze voor Vitesse uitkwamen. Aanvaller en tevens mede-oprichter van Vitesse Willem Hesselink was in 1905 de eerste speler die namens Vitesse voor Oranje mocht spelen. Marco van Ginkel is met zijn optreden tegen Duitsland op 14 november 2012 tot op het heden de laatste Vitessespeler in een Oranje-shirt. Recordhouder is keeper Just Göbel, tussen 1911 en 1919 eerste doelman van het Nederlands elftal, die al zijn 22 interlands namens Vitesse speelde.
Op 20 december 1989 speelde Nederland in de tweede helft met een recordaantal van drie spelers van Vitesse tegen Brazilië: Edward Sturing, Martin Laamers en Bart Latuheru. Hierdoor bestond de hele linkerzijde van Nederland uit spelers afkomstig van Vitesse.
Vitesse heeft ook niet-Nederlandse internationals in haar gelederen gehad zoals Matthew Amoah (Ghana), Wilfried Bony (Ivoorkust), Dejan ?urovi? (Joegoslavië), Mahamadou Diarra (Mali), Giovanny Espinoza (Ecuador), Guram Kashia (Georgië), Dragoslav Jevri? (Joegoslavië), Danko Lazovi? (Servië), Evgeniy Levchenko (Oekraïne), Nikos Machlas (Griekenland), Stefan Nanu (Roemenië), Joaquín del Olmo (Mexico), Bob Peeters (België), Dejan Stefanovi? (Joegoslavië), Dalibor Stevanovi? (Slovenië), Vladimir Stojkovi? (Servië), Gill Swerts (België), Abubakari Yakubu (Ghana), Marián Zeman (Slowakije),Wilfried Bony (Ivoorkust), Mike Havenaar (Japan) en Mamadou Zongo (Burkina Faso).
Deze informatie over SBV Vitesse is geheel of gedeeltelijk overgenomen van wikipedia op 2018-04-16.
Derhalve zijn gegevens mogelijk niet meer actueel.